Oproep voor G20-steun om producenten in ontwikkelingslanden te steunen

We krijgen dagelijks verontrustende berichten vanuit producentennetwerken in Afrika, Latijns-Amerika en Azië. We zijn dan ook diep bezorgd over de effecten die het virus zal hebben op boeren en arbeiders in ontwikkelingslanden, inclusief degenen die voedsel en andere goederen produceren waar de G20-landen op vertrouwen.

De verstoring van toeleveringsketens is in eerste instantie vooral een tragedie voor producenten. Maar het heeft ook gevolgen voor ons dagelijks leven. 17% van het in België geïmporteerde voedsel is afkomstig uit ontwikkelingslanden[1] en grote sectoren van onze economie, zoals de chocolade- of koffie-industrie, zijn afhankelijk van deze grondstoffen.

Kleinschalige boeren en landarbeiders, waaronder Fairtrade-boeren, die aan wereldwijde voedsel- en kledingvoorzieningsketens leveren, lopen een hoog risico op ziekte en sterfte door COVID-19.

In de 75 landen waar Fairtrade-producentenorganisaties gevestigd zijn, staan ​​overheden en producenten voor complexe en verstrekkende beslissingen, die een evenwicht moeten vinden tussen cruciale volksgezondheidsmaatregelen en het in stand houden van bedrijfscontinuïteit en lokale werkgelegenheid.

Er is dringend nood aan humanitaire maatregelen om de gezondheid en het leven van mensen te beschermen. Tegelijkertijd zijn economische maatregelen nodig om een minimum aan levenskwaliteit ​​te garanderen. Volgens de laatste voorspellingen van de UN University zouden door deze crisis meer dan een half miljard mensen in armoede terecht kunnen komen. De boeren en arbeiders waarmee we werken behoren nu al tot de armste bevolkingsgroepen ter wereld. Ze leven in gemeenschappen met zwakke of onbestaande vangnetten, onvoldoende gezondheidszorg, gebrekkige toegang tot water en sanitaire voorzieningen. Daarbij lopen ze ook een groot risico op honger en ondervoeding.

De crisis verstoort de wereldwijde toeleveringsketens. De lockdown-maatregelen in importerende landen, hoewel noodzakelijk voor de openbare veiligheid, resulteren in een snelle en ernstige daling van de bestellingen in sommige toeleveringsketens. Dit heeft geleid tot zware banen- en inkomensverliezen bij groepen die al kwetsbaar waren en zal de armoede doen toenemen, tenzij dringend steun wordt verleend.

In Kenia zijn bijvoorbeeld tienduizenden bloemenwerkers hun baan kwijtgeraakt, zonder lokale werkalternatieven. Er is ook een toenemende bezorgdheid over de financiële stabiliteit op lange termijn van bloemenkwekerijen. Ondertussen is de prijs van thee in zowel India als Sri Lanka met bijna 40% gedaald als gevolg van een verminderde vraag. Verdere casestudy's zijn als bijlage aan deze brief gevoegd.

Ook al neemt de vraag naar invoer stilaan weer toe, moeten ontwikkelingslanden nu zelf lockdown-maatregelen implementeren. Die zullen leiden tot verder verlies van werkgelegenheid of inkomen, tenzij speciale steun wordt verleend aan boeren en werknemers.

We dringen daarom aan bij de G20-leiders om in de antwoorden die geformuleerd worden op de crisis rekening te houden met landen met lage inkomens.

Er zijn vijf domeinen waar actie dringend nodig is :

1 Bescherming van jobs en inkomens

Hoewel noodzakelijk voor de openbare veiligheid, leiden lockdowns en andere bewegingsbeperkende maatregelen tot een aanzienlijke werkloosheid of verlies van inkomen. Tenzij gedurende deze periode steun wordt verleend aan boeren en werknemers.

Veel landen met lage inkomens waarin we werken, hebben zwakke tot niet-bestaande sociale vangnetten en inkomensverlies zal leiden tot meer armoede en honger.

We roepen de G20 daarom op om samen te werken met de betrokken regeringen, supermarkten en handelaars om regelingen te treffen en technische werkloosheid mogelijk te maken voor toeleveringsketens die voedsel of goederen importeren uit landen met lage inkomens, gericht op boeren en werknemers die het meeste risico lopen op armoede en honger.

Deze maatregelen zouden gefinancierd kunnen worden door een combinatie van mechanismen, zoals :

  • donorsteun van de Wereldbank en ontwikkelingsagentschappen
  • toezeggingen van detailhandelaars en fabrikanten om voorafbetalingen of termijncontracten te verstrekken om hun toeleveringsketens te beveiligen
  • versoepeling of bevriezen van handelaarsleningen
  • BTW- en loonheffingen voor werknemers die belastbaar zijn
  • geprivilegieerde leningen aan kleine producentenorganisaties
  • engagement van supermarkten en handelaars om steunmaatregelen te delen met producenten die hen aanleveren

In sommige gevallen is een minimum aan arbeidskracht nodig om de boerderijen open te houden, en om de productie en toekomstige verkopen te beschermen. De kosten hiervan voor de 44 bloemenkwekerijen waarmee Fairtrade in Kenia samenwerkt, bedragen bijvoorbeeld € 2,8 miljoen over 3 maanden.

Landbouwers en arbeiders moeten minimaal worden voorzien van voldoende voedsel en essentiële zaken. Zo kost het verstrekken van voldoende voedsel aan arbeiders op alle Fairtrade-bloemenkwekerijen in Kenia € 270.000 over 3 maanden.

2 Persoonlijke beschermingsmiddelen

Waar regeringen niet adviseren om landbouwbedrijven en plantages af te sluiten, moeten boeren en werknemers worden voorzien van adequate persoonlijke beschermingsmiddelen en opleiding krijgen op het gebied van preventie en sociale afstand.

Waar arbeiders nodig zijn om boerderijen en plantages economisch levensvatbaar te houden, moeten deze worden uitgerust met voldoende persoonlijke beschermingsmiddelen. Zo kostte de aankoop van deze materialen voor de 40.000 medewerkers op Fairtrade bloemenkwekerijen in Kenia € 5 miljoen.

We dringen er bij de G20-regeringen op aan om samen te werken met detailhandelaren en handelaars om ervoor te zorgen dat deze beschermingsmiddelen en trainingen kunnen verdeeld worden.

3 Ondersteuning van de gezondheidszorg

De meest optimistische schattingen van het Imperial College London suggereren dat er 900.000 doden zullen vallen in Azië en 300.000 in Afrika.

Steunmaatregelen moeten ontwikkelingslanden helpen de openbare gezondheidszorg te versterken, inclusief maatregelen ter voorkoming en beheersing van de ziekte.

Dergelijke steun moet in het bijzonder aandacht hebben voor kwetsbare gemeenschappen in zowel landelijke als stedelijke gebieden.

4 Bredere economische maatregelen

We steunen de oproep van voormalige presidenten en premiers met INGO's, waaronder Oxfam en Save the Children, voor een G20-taskforce om een ​​wereldwijde gecoördineerde reactie op de Covid-19-crisis te formuleren.

Wij steunen ook de oproep om 150 miljard dollar vrij te maken voor ontwikkelingslanden, ter ondersteuning van gezondheidszorg, sociale vangnetten en andere dringende hulp. En om speciale trekkingsrechten (Special Drawing Rights) van 500 tot 600 miljard dollar voor te stellen door het IMF.

We steunen ook oproepen tot het kwijtschelden van schulden voor landen met lage inkomens, van wie velen afhankelijk zijn van exportinkomsten, die als gevolg van deze crisis zijn ingestort.

Om de voortdurende stroom van producten uit ontwikkelingslanden te verzekeren op lange termijn, dringen wij er bij de G20-landen op aan bestaande handelsovereenkomsten met ontwikkelingslanden te handhaven en maatregelen te nemen om de verstoring - inclusief het voorkomen van voedselbederf - als gevolg van sluitingen van grenzen en vertraagde douaneprocedures te compenseren.

5 Duurzaamheid

Hoewel het beschermen van banen en levens het meest dringende is op korte termijn, dringen we er bij de G20-leiders op aan om ervoor te zorgen dat de bovengenoemde investeringen de wereldwijde toeleveringsketens helpen duurzamer en klimaatbestendiger te maken, in overeenstemming met de SDG's en de Green New Deal van de EU.

Deze ongekende vertraging van de wereldeconomie biedt ook de kans voor een eerlijke herstart die de toeleveringsketens verandert. Door de stimuleringspakketten aan duurzaamheidsdoelen te koppelen – en met name eerlijke toeleveringsketens te ondersteunen die mikken op leefbare inkomens en lonen – kunnen we producenten en werknemers veerkrachtiger maken voor toekomstige crises.

De COP26 zal een uitgelezen kans zijn om tot een vernieuwde aanpak te komen.

Om deze vijf punten te realiseren, is het cruciaal dat overheden, bedrijven, vakbonden, boerenorganisaties en maatschappelijke organisaties samenwerken. Het internationaal Fairtrade netwerk, die 1.600 producentenorganisaties omvat, ondersteunt 1,7 miljoen boeren en arbeiders en hun families. We staan ​​klaar om de impact van deze crisis op de armste en meest kwetsbare gemeenschappen ter wereld te minimaliseren.

Door producenten te ondersteunen tijdens deze noodsituatie, zowel economisch als in de volksgezondheid, zullen we ook de voedselveiligheid van de G20 ondersteunen, tijdens de crisis en bij het herstel. Meer dan ooit heeft de G20 een enorm gedeeld belang bij het waarborgen van de veerkracht en duurzaamheid van wereldwijde toeleveringsketens. Meer dan ooit is “de anderen helpen zichzelf helpen”.

Nicolas Lambert
Directeur Fairtrade Belgium

 

Photo credit Tony's Chocolonely