Kinderarbeid massaal in onze winkelkar

Het blijft een pijnlijke paradox: voor het eerst in de geschiedenis is er een wereldwijd engagement om de ergste vormen van kinderarbeid te bannen. En toch komt het massaal voor. Tot in onze winkelkar. Daarom dat de Werelddag tegen kinderarbeid op 12 juni absoluut noodzakelijk is. Meer dan ooit, want de pandemie dreigt de klok 20 jaar terug te draaien. De instrumenten om dit een halt toe te roepen, zijn ook duidelijker dan ooit. Gelukkig. Want iedereen eet graag chocolade met een gerust geweten.

Alle 187 lidstaten van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) hebben het Verdrag 182, rond het verbod van de ergste vormen van kinderarbeid, vorig jaar geratificeerd. Een historische mijlpaal. Er bestaat dus een wereldwijd engagement om de ergste vormen van kinderarbeid de wereld uit te helpen. Toch waren zelfs voor de COVID-19 pandemie meer dan 150 miljoen kinderen aan het werk in plaats van op de schoolbanken. En de pandemie verergert alleen maar deze dramatische cijfers. De Verenigde Naties hebben 2021 uitgeroepen tot het “Internationaal jaar voor de Uitbanning van Kinderarbeid”. Hoe komt het dat dit in de 21ste eeuw nog nodig is?

Kinderarbeid steeds dichter bij

Niet alle taken die kinderen uitvoeren zijn meteen “kinderarbeid”. Vanaf het moment dat kinderen  werk uitvoeren dat mentaal, fysiek, sociaal of moreel gevaarlijk is voor hen, of dat het werk ervoor zorgt dat ze niet naar school kunnen gaan, spreken we van kinderarbeid. Meer dan 150 miljoen kinderen bevinden zich vandaag in deze laatste categorie. En wij zijn – veel meer dan we zelf beseffen – “betrokken partij”. De producten die door kinderhanden worden gemaakt, belanden ook in onze winkelkar. Denk maar aan de diamant van onze verlovingsring, het katoen dat werd gebruikt om onze T-shirts te maken, de bananen en chocolade die we eten, de koffie en thee die we drinken, de mineralen die nodig zijn om onze smartphones, elektrische wagens en zonnepanelen te maken, de bloemen die we op moederdag cadeau doen en de palmolie in onze beauty-productjes. De lijst is lang.

Kinderarbeid verstopt in de keten

Kinderarbeid zit  verscholen  in de internationale toeleveringsketens van grote multinationale ondernemingen en KMO’s, die  deze producten aan ons verkopen. Uit een rapport van het Internationaal Vakverbond rond de internationale toeleveringsketens van 50 grote bedrijven, bleek dat deze maar 6% van de mensen direct in dienst nemen, en dat 94% van de mensen die mee werken aan hun producten, verstopt zitten in hun ketens. Zo ontsnappen bedrijven aan het opnemen van hun verantwoordelijkheid.  Nog te vaak handelt men volgens het “wat niet weet, niet deert” principe. Of het nu gaat om een multi-miljarden bedrijf of een KMO, te vaak kijkt men niet verder dan de directe leveranciers. Bij gesprek aan transparantie, gaan de schendingen verderop in de keten gewoon verder. Multinationals blijven prijzen drukken, wat leidt tot een uitbuiting waar niemand zich verantwoordelijk voor acht.

Waardig werk voor de ouders

Menswaardig werk voor volwassen, het respect voor de rechten van werknemers, universele sociale bescherming en gratis kwaliteitsvol onderwijs zijn de voorwaarden om eindelijk kinderarbeid de wereld uit te bannen. Zolang een familie te weinig inkomen heeft om te overleven, zullen (een deel van de) kinderen blijven werken en niet naar school gaan.  Broodnodig zijn leefbare lonen en waardige jobs voor de ouders dus. Dit doorheen de hele internationale toeleveringsketens, dus ook voor de ouders die verstopt zitten in de ketens. Bedrijven moeten leefbare lonen betalen aan hun werknemers, menswaardige prijzen en stabiele contracten hanteren met hun leveranciers, die vaak in zeer fragiele omstandigheden het hoofd boven water houden, als ook ervoor zorgen dat de mensenrechten gerespecteerd worden in de rest van de keten.

Enkel vrijwillig je best doen, volstaat niet

Na decennia van liefdadigheidsacties en loze beloften van ondernemingen is het tijd voor bindende wetgeving die bedrijven verplicht om mensenrechten te respecteren doorheen de internationale toeleveringsketens om kinderarbeid definitief uit te roeien. Het vrijwillig zorg dragen voor de keten, volstaat duidelijk niet, zo blijkt ook uit de cacao-sector. In 2001 beloofden de bedrijven in de cacao- en chocoladesector kinderarbeid uit te bannen tegen 2006. Daarna beloofden ze in 2010 kinderarbeid met 70% te verminderen tegen 2020. Deze afspraken staan bekend als het Harkin-Engel Protocol. De beloftes leidden echter niet tot de nodige actie. De laatste opvolgingsstudie die vorig jaar verscheen, gaf aan dat kinderarbeid in de cacaosector sinds 2001 is toegenomen. Harkin-Engel staat vandaag symbool voor het falen van beloftes van bedrijven zonder aansprakelijkheid.

Er moet dus dringend wetgeving komen die ketenzorg verplicht, zodat bedrijven in hun ketens duiken en de nodige maatregelen nemen. Daarnaast moet ketenzorg mee op de agenda van het sociaal overleg staan. Dit is ook een zaak die de vakbonden aanbelangt. Net zoals veiligheid en gezondheid op het werk wordt bepleit en afgedwongen in België, willen vakbonden het respect voor deze rechten ook garanderen in de rest van de wereld. Het blijft uiteindelijk dezelfde chocolade.

Hoog tijd voor verandering

Gelukkig is er verandering in zicht! De oproep van de ngo’s en vakbonden en van vele bedrijven die de oneerlijke concurrentie moe zijn, is niet in dovemans oren gevallen. De Europese Commissie werkt namelijk momenteel aan wetgeving rond verplichte ketenzorg. Als de Commissie haar woord houdt, zou deze naar buiten komen met een eerste voorstel in september. Ook in België komen de zaken in stroomversnelling. Heel recent in april werd er een wetsvoorstel rond verplichte ketenzorg neergelegd in ons parlement. Gelukkig nemen onze Belgische parlementsleden het voortouw, want het wetgevend proces op Europees niveau zou nog wel eens jaren kunnen duren.

Als België zich echt wil inzetten voor een wereld waarin elk kind kan opgroeien in veiligheid en waardigheid, dan moet wetgeving rond verplichte ketenzorg niet meer te lang op zich laten wachten. Parlementsleden, hoog tijd om op die groene knop te duwen.